Een schepen in Sint-Pieters-Leeuw wil haciënda’s verbieden. Reden: ze zijn lelijk. De adjunct van de Vlaamse bouwmeester steunt dat idee.

De schepen van Ruimtelijke Ordening van Sint-Pieters-Leeuw, Martin Schoukens (CD&V), heeft de strijd aangebonden tegen de Spaanse en Mexicaanse haciënda’s en bij uitbreiding de Oostenrijkse chalets, Chinese pagodes en andere exotische misbaksels. ‘Mooi in het land waar ze vandaan komen, maar niet hier’, zegt hij.

Vakantiegangers gaan graag met vakantie naar Spanje, zien daar zo’n haciënda en willen thuis ook zoiets. Om het vakantiegevoel te verlengen. ‘Zo krijg je straten met een rommeltje bij elkaar’, zegt schepen Schoukens. ‘Een Spaanse haciënda naast een modern Vlaams huis naast een Italiaanse villa en een chalet uit de bergen. Dat kan zo toch niet verder.’

Schoukens gaat proberen bouwheren en architecten die aankloppen met een voorstel voor een exotisch bouwwerk op andere gedachten te brengen. ‘Ik weet dat ik juridisch geen poot heb om op te staan. Bouwheren kunnen in principe hun wil doordrijven.’

Maar volgens Joris Scheers, ruimtelijk planner en adjunct-Vlaamse Bouwmeester, heeft Sint-Pieters-Leeuw wel degelijk een poot om op te staan. ‘Er zijn voor de lokale overheden in Vlaanderen tal van mogelijkheden – van bouwvoorschriften over BPA’s tot ruimtelijke uitvoeringsplannen – om vrij precies vast te leggen welke bouwsels men wil en welke niet. Men kan daarin ver gaan: dát soort daken, die soort bouwmaterialen, zo’n bouwdiepte, bouwhoogte, woningtype…’

‘Een gemeente die geen Spaanse villa op haar grondgebied wil, kan dat perfect vastleggen in haar bouwvoorschriften. De meeste gemeenten springen daar losjes mee om, met als gevolg dat er veel kan en dat je in bepaalde straten een ware kakofonie krijgt.’

Scheers pleit niet voor uniforme woningen – ‘dat zou het andere uiterste zijn’ – maar wel voor ‘concepten die refereren aan een hedendaagse context: een stedelijke of een landelijke’. ‘We moeten het debat durven te voeren over welk soort woningen wij waar willen’, zegt hij. ‘Dat bepaalt het uitzicht van je gemeente. Het is niet alleen een kwestie van goesting. Waar eindigt de individuele smaak en begint het gemeenschappelijke belang? Het is ook een ideologisch discours: geven we de mensen vrijheid bij het bouwen van een huis of niet?’

Vanuit architecturaal oogpunt heeft Scheers ook iets tegen de Spaanse haciënda’s. ‘Die villa’s ginder zijn ontworpen in functie van het klimaat. Ze hebben weinig vensters. Die zijn ook klein om de warmte buiten te houden. Als men zo’n villa hier wil bouwen, moet men er van alles aan veranderen: meer en grotere ramen, bijvoorbeeld.’

‘Zo’n Spaanse villa is een cultureel gegeven dat hier eigenlijk niet thuishoort. Waarom ook zou men zoiets willen, terwijl we hier in Vlaanderen schitterende hedendaagse ontwerpen hebben waarmee we ook perfect onze identiteit kunnen uitdrukken?’

De burgemeester van Sint-Pieters-Leeuw, Lieve Van Linthout (CD&V), is er niet zo voor te vinden om de zoveelste regel in te voeren. ‘Over smaken kan men uren discussiëren. Zolang het geen krot is, stel ik voor dat we de mensen gelukkig laten wonen in het huis dat zij gebouwd hebben.’

Bron: De Standaard