Meer dan de helft van de mensen die vandaag een woning kopen, zijn feitelijk samenwonende koppels. Driekwart van hen beseft niet dat wanneer een partner overlijdt vóór de vervaldag van het woonkrediet, de andere partner met een onbetaalbare schuld dreigt achter te blijven.

Het kiezen van een woonkrediet, in het jargon hypothecair krediet, is geen eenvoudige opdracht, want er zitten veel addertjes onder het gras. De materie is zeer complex, en bijgevolg circuleren er bijzonder veel misverstanden over woonkredieten. Immotheker, een informatie- en serviceverlener voor kandidaat-kopers en -bouwers, liet vierhonderd Belgen ondervragen door het onafhankelijke onderzoeksbureau Ivox en kwam tot verrassende vaststellingen.

Zo denkt 76 procent van ondervraagden dat een schuldsaldoverzekering altijd de volledige afbetaling van het saldo van het krediet waarborgt, wanneer men overlijdt voor de vervaldag van het krediet. De overlevende partner is dan van de afbetaling verlost.

‘Maar deze waarborg geldt niet voor feitelijk samenwonende partners, en dat zijn er almaar meer’, zegt zaakvoerder John Romain van Immotheker. ‘Driekwart van onze klanten zijn feitelijk samenwonenden (Immotheker gaf vorig jaar advies in 15.800 dossiers, nvdr.) maar bij een overlijden van een van de partners is de overlevende partner geen wettelijke erfgenaam.’

‘Ik geef een voorbeeld. Gaat een feitelijk samenwonend koppel samen een lening aan, dan kan het zijn dat de schuldsaldoverzekering voor de helft aan de erfgenamen wordt uitbetaald. Daardoor moet de overlevende partner nog de helft van de oorspronkelijke lening blijven afbetalen. De erfgenamen kunnen bovendien eisen dat de overlevende partner de helft van de woning afkoopt.’

‘Zo’n drama kan ertoe leiden dat de betrokkene de woning moet verkopen uit geldnood. Nochtans kan dat worden vermeden met goede afspraken en enkele ingrepen, zoals het regelen van het erfrecht.’

Bron: Het Nieuwsblad