Een aantal huurders van sociale woningen moet vanaf dit jaar meer huur betalen. Dat komt door de nieuwe huurwetgeving.

De nieuwe huurwet bepaalt dat de huurprijs van een sociale woning niet langer enkel op het inkomen en de gezinssamenstelling is gebaseerd. Ook de waarde die zo’n huis normaal op de private markt zou vertegenwoordigen, wordt voortaan meegerekend. Sociale huisvestingsmaatschappijen mogen die wijziging in de loop van dit jaar doorvoeren, maar vaak gebeurde het al op 1 januari.

De precieze impact van de nieuwe wet op de 140.000 huurders is nog niet duidelijk, omdat nog niet alle maatschappijen de aanpassing hebben doorgevoerd. De wijziging betekent voor mensen met een laag inkomen, zoals werklozen, invaliden en mensen met een laag pensioen, vaak dat zij maandelijks minder huur moeten betalen. "Er wordt strenger gecorrigeerd naar inkomen en gezinsssamenstelling. Als de huurprijs dan ook nog eens niet veel afwijkt van de geldende marktprijs, kan het zijn dat je tot ongeveer 200 euro minder betaalt", zegt Peter Dejaegher, woordvoerder van Vlaams minister van Wonen Marino Keulen (Open Vld).

De betere verdieners zijn echter bijna altijd meer kwijt. Soms is dat 300 euro per maand extra, stelt Etienne Luyten, bestuurslid van de Vereniging Inwoners Van Sociale Woningen (Vivas). Hij vreest dan ook dat veel huurders met een hoger inkomen overstappen naar de privémarkt en enkel de minder gegoeden overblijven in sociale woonwijken. "Wat gaat men hier creëren? Een getto?"

Dat is niet de bedoeling, zegt Dejaegher. Alleen is het zo dat wie een sociale woning huurt, bij toewijzing een contract van onbepaalde duur krijgt. Sommige bewoners zien hun inkomen na verloop van tijd echter zodanig stijgen dat zij eigenlijk geen recht meer hebben op dergelijke behuizing. "Met de nieuwe huurwet wordt hen duidelijk gemaakt dat ze ook op de privémarkt terecht kunnen of hun sociale woning kunnen kopen. Want sociale woningen moeten maximaal gereserveerd zijn voor woonbehoeftigen."

Het stoort de Vlaamse Huurdersbonden en Vivas ook hoe de sociale woningen met huizen op de private markt zijn vergeleken. In 2008 hebben notarissen bij elke sociale huisvestingsmaatschappij 5 procent van hun sociale woningen getaxeerd. Op basis daarvan wordt ook de waarde bepaald van de overige 95 procent. Volgens beide organisaties is die extrapolatie te veel nattevingerwerk. "We hopen dat er nieuwe schattingen kunnen worden uitgevoerd", zegt Luyten. "Maar dan op een deftige manier."

Volgens Dejaegher reageren de huurdersbonden een beetje laat. "We hebben het systeem destijds samen met hen uitgedokterd. Nu sommigen met stijgingen geconfronteerd worden, schieten ze wakker." (TS)

Bron: De Morgen